Koerswijziging op komst voor burn-out behandeling?

Er lijkt een paradigmaverschuiving op komst in de wereld van de burn-out behandeling. Vanouds beschouwen psychologen en artsen burn-out als een psychisch probleem en speelt de stressfysiologie een ondergeschikte rol. Hier lijkt een kentering in te komen en dat is goed nieuws.

Bijzonder hoogleraar Arno van Dam zet vanuit de beroepsgroep van psychologen de toon. Zijn recente stellingname in een internationaal tijdschrift getuigt van lef en benadrukt hoe gewenst een koerswijziging is[1]. Van Dam geeft de arbeidspsychologen een expliciete opdracht: betrek de biologie erbij. We zijn er trots op dat Van Dam op cruciale plekken in zijn artikel refereert aan de whitepaper van CSR Centrum en bepleit wat CSR-coaches al jaren succesvol toepassen bij stressklachten en burn-out[2]

De biologie speelt een steeds belangrijkere rol bij de manier waarop naar burn-out gekeken wordt.

Wat schort er aan de huidige opvattingen over burn-out?

Je zou verwachten dat onderhand wel klip en klaar is wat burn-out is, maar niks is minder waar. Psychiater en stressonderzoeker Christiaan Vinkers schrijft in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde (2021) dat niet vergeten mag worden dat de huidige opvatting over burn-out geen wetenschappelijk fundament heeft[3]. Er zijn zelfs wetenschappers die betwijfelen of burn-out überhaupt bestaat[4]

Daarnaast geeft de huidige visie onvoldoende antwoord op kwesties als: waarom gaat burn-out met zulke ernstige klachten gepaard? Waarom duurt het herstel van burn-out zo lang?[5] En waarom houdt een aanzienlijk deel van de mensen restklachten?[6]

De voorgeschreven burn-out behandeling schiet te kort

Meer ‘leuke dingen’ doen, sporten, nog beter je best doen, gedragstherapie of maandenlang rusten: als niks lijkt te helpen, leidt dat tot de nodige frustratie bij patiënten en behandelaars en de gedachte dat ‘het dan wel een psychiatrische aandoening moet zijn’ dringt zich op. Onnodig vaak wordt uiteindelijk maar verwezen naar de toch al overvolle GGZ.

Psychische aanleiding bij burn-out vraagt toch om een psychische behandeling? 

Falende stresscoping is een veelvoorkomende aanleiding van burn-out. Als het niet lukt om een prangend probleem op te lossen of een situatie naar je hand te zetten, ga je je steeds slechter voelen. Dat beïnvloedt je motivatie en je kunt er vermoeid en somber van raken. Dat is inderdaad psychisch. 

Maar lichaam en geest zijn geen aparte entiteiten en die psychische signalen ontstaan niet ‘zo maar’. Negatieve emoties zoals piekeren/je zorgen maken, angst, verdriet of eenzaamheid veroorzaken parallel fysiologische stressreacties. Deze stressfysiologie heeft op zijn beurt weer impact op je geest (en lichaam). 

Fysiologische stressreacties ontregelen door langdurige stress

Er zijn al vele jaren sterke aanwijzingen dat fysiologische systemen in ons lichaam zorgwekkend kunnen veranderen als gevolg van langdurig negatieve emoties, of andere vormen van chronische overbelasting (stress).

Allereerst verandert de stressregulatie in je brein. Dat brengt kettingreacties op gang die je gevoeliger maken voor spanning en die je somberder en angstiger maken. Ook je vermogen om adequaat met problemen om te gaan vermindert, evenals je concentratie en geheugen. Je mentale toestand raakt dus mede verstoord door fysiologische disregulatie. 

Juist in de stressfysiologie schuilt het antwoord op veel onbegrepen verschijnselen bij burn-out. Neem eens een duik in de literatuur hierover als je nog twijfels hebt.[7],[8],[9]

Hoe zit het met fysiologische stressreacties bij burn-out?

Er is dus een overtuigend verband aangetoond tussen fysiologische ontregelingen en chronische stressfysiologie. Maar die fysiologische ontregelingen zijn toch niet aangetoond bij burn-out? 

Nog niet in overvloed, maar het begin is er en we kunnen er niet meer omheen. Dat fysiologische parameters vaak niet eenduidig in verband kunnen worden gebracht met ‘burn-out’ komt door het slecht onderbouwde concept burn-out zélf.

Van Dam wijst in zijn artikel op het probleem dat het meeste (internationale) burn-out onderzoek gebruik maakt van de Maslach Burnout Inventory[10]. Deze burnout-vragenlijst maakt o.a. geen onderscheid tussen korte (< 3 maanden) en langdurige stress, terwijl dit voor het fysiologisch (dis)functioneren veel uitmaakt. Op deze manier ontstaan heterogene onderzoeksgroepen (lichte en zware klachten bij elkaar) en het is niet vreemd dat dit tegenstrijdige uitkomsten oplevert. 

Veelbelovend onderzoek

Afgelopen zomer werd een studie gepubliceerd waarin de onderzoekers met behulp van een biomarker (de hoeveelheid cortisone in speeksel) onderscheid konden aantonen tussen gezonde en opgebrande mensen.[11]

Veelbelovend is ook het proefschrift van de Belgische Deborah Piette (2020), waarin zij aantoont dat het energie-metabolisme is ontregeld bij depressieve en burn-out patiënten.[12]

Betrek de biologie erbij 

Het is tijd om over de muren van de psychologie heen te kijken en de verbanden en relaties tussen de psyche, het zenuwstelsel, het immuunsysteem en de hormonen te laten doorklinken in de theorie over burn-out. Dat de preventie en behandeling dan ook andere accenten krijgen, spreekt voor zich.

Door burn-out in een psychobiologisch kader te plaatsten, erkent Van Dam de ernst van het probleem en legt hij de vinger op de zere plek. Met zijn artikel erkent hij ook de bijdrage van CSR Centrum en daar zijn we heel blij mee. 

Meer nog echter neemt hij degenen die met (ernstige) burn-out te maken hebben serieus en roept hij vakgenoten op hun visie te herzien en hun interventies aan te passen. En daarvoor hang ik de vlag uit.

Carolien Hamming

Carolien Hamming
Directeur CSR Centrum

Voor professionele hulpverleners: Leer ook de psychobiologische CSR-Methode toepassen. De aanpak is effectief, goed onderbouwd en vriendelijk voor je cliënten. Onze cursisten vinden het een buitengewoon goede cursus. Schrijf je in en ontdek het zelf

Voor cliënten: Onze gecertificeerde CSR-coaches bieden de beste behandeling voor burn-out en de aanpak leidt tot significante klachtenvermindering. Gun jezelf een erkende CSR-coach bij je in de buurt.

Noten

[1] A. van Dam. A clinical perspective on burnout: diagnosis, classification, and treatment of clinical burnout. European Journal of Work and Organizational Psychology, 2021.

[2] Hamming, C.A.E. (2020). Een nieuwe kijk op stress. Whitepaper, CSR Centrum.

[3] Vinkers, C.H. (2021). Burn-out, een ongrijpbaar fenomeen. Hoe komen we verder? Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde; 165:D5581.

[4] Bianchi, R., Schonfeld, I. S., & Laurent, E. (2019). Burnout: Moving beyond the status quo. International Journal of Stress Management26, 36–45.

[5] Zweden, S. van. (2015). Waarom duurt burn-out zo lang? Tijdschrift voor psychotherapie, 2015.

[6] Dalgaard, V. L., Hviid Andersen, J., Pedersen, A. D., Andersen, L. P., & Eskildsen, A. (2021). Cognitive impairments and recovery in patients with work-related stress complaints–four years later. 

[7] Tops, M., Boksem, M. A. S., Wijers, A. A., Van Duinen, H., Den Boer, J. A., Meijman, T. F., & Korf, J. (2007). The psychobiology of burnout: Are there two different syndromes? Neuropsychobiology, 55(3–4), 143–150.

[8] McEwen, B. S. (2017). Neurobiological and Systemic Effects of Chronic Stress. Chronic Stress, 1, 1–11.

[9] Ganzel, B. L., Morris, P. A., & Wethington, E. (2010). Allostasis and the human brain: Integrating models of stress from the social and life sciences. Psychological Review, 117 (1), 134–174.

[10] De Maslach Burnout Inventory (MBI) is wereldwijd veruit de meest gebruikte vragenlijst om burn-out vast te stellen.

[11] Bakusic J., Ghosh, M., Pollia, A., Bekaert, B., Schaufelie, W., Claes S., Godderis, L., (2021). Role of NR3C1 and SLC6A4 methylation in the HPA axis regulation in burnout. Journal of Affective Disorders 295 (2021) 505–512.

[12] Piette, D. (2020). Depression and burnout A different perspective Investigating the differences and similarities between these 21st century epidemics through data-based transfer function modelling. KU Leuven